Artsen maken nieuwe oorschelp uit ribkraakbeen
In UZ Leuven staat een reconstructieve behandeling op punt voor kinderen geboren met een afwijkende oorschelp
Ongeveer 1 op 6000 baby’s wordt geboren met een afwijkende of afwezige oorschelp aan een of beide oren. Die zeldzame aandoening heet microtia. In UZ Leuven staat een techniek op punt waarbij een nieuwe oorschelp gevormd wordt uit het eigen ribkraakbeen van de patiënt. Sinds 2015 kregen er al 13 kinderen zo’n oorschelpreconstructie in Leuven, telkens met succes.
Een nagemaakt oor
Microtia is een zeldzame aandoening waarbij de oorschelp niet volledig ontwikkeld is of helemaal ontbreekt. Sinds enkele jaren kunnen patiënten in UZ Leuven terecht voor een reconstructieve behandeling. Prof. dr. Greet Hens, neus-keel-oorarts en hoofd-halschirurg, stelde de techniek van de oorschelpreconstructie op punt. Ze volgde daarvoor een buitenlandse training.
De behandeling bestaat uit twee operaties. Tijdens de eerste wordt een stukje kraakbeen uit de ribben weggenomen. Daarmee wordt meteen het basisskelet van het nieuwe oor gevormd, naar het model van het andere oor, als dat aanwezig is. Nog tijdens dezelfde operatie wordt het nieuwe oor ingeplant op de juiste plaats en vastgezet onder de huid, zodat die over het kraakbeen groeit. Minstens zes maanden later volgt de tweede operatie, waarbij het oor wordt losgemaakt van het hoofd en de achterkant ook met een stukje eigen huid wordt afgewerkt.
Effect op het gehoor
Prof. dr. Greet Hens: “Het resultaat is een realistisch oor zonder risico op afstotingsreacties, omdat er alleen lichaamseigen weefsel wordt gebruikt. Het blijft wel een puur esthetische behandeling: er verandert niets aan het gehoor zelf. Vaak ontbreekt de gehoorgang in het getroffen oor, waardoor de kinderen aan die kant niet goed kunnen horen, ook niet met de nieuwe oorschelp.”
Er zijn wel andere manieren om het gehoor te verbeteren. In sommige gevallen wordt de oorschelpreconstructie bijvoorbeeld gecombineerd met het plaatsen van een onderhuids gehoorapparaatje.
Grote vraag
Ondertussen kregen er al 13 patiënten een oorschelpreconstructie in UZ Leuven en de vraag ernaar neemt toe. Prof. dr. Hens: “De operaties verliepen steeds goed en de patiënten waren tevreden met het uiteindelijke resultaat. Strikt genomen is de oorschelpreconstructie niet medisch noodzakelijk, maar de psychosociale impact valt niet te onderschatten. Kinderen met microtia worden soms anders bekeken of zelfs gepest. De meesten kijken enorm uit naar hun nieuwe oor.”
“Omdat we de behandeling pas kunnen uitvoeren vanaf de leeftijd van 10 jaar, wanneer het ribkraakbeen voldoende volgroeid is, zijn er ook veel kinderen die nog enkele jaren moeten wachten. Dat heeft wel het voordeel dat ze oud genoeg zijn om zelf mee te beslissen over de behandeling.”
De oorschelpreconstructies in UZ Leuven worden uitgevoerd door een multidisciplinair team. Naast prof. dr. Greet Hens zijn ook een plastisch chirurg (prof. dr. Jan Vranckx) en andere neus-keel-oorartsen (prof. dr. Christian Desloovere, prof. dr. Nicolas Verhaert en dr. Annelore Willaert) betrokken. Zo nodig wordt advies ingewonnen van een kaakchirurg of specialist in menselijke erfelijkheid. De patiënten krijgen ook psychologische ondersteuning.